De vaardigheid van schrijven van de letters is voorwaardelijk aan het goed kunnen maken van een toets taalverzorging. Als er nog veel fouten worden gemaakt in het schrijven van de letters is de toets niet goed te beoordelen. Je weet immers niet of de leerling fouten maakt door gebrek aan schrijfvaardigheid (het schrijven van letters) of gebrek aan spellingvaardigheid.
Wees er zeker van dat de schrijfvaardigheid van de leerling goed genoeg is, anders is de toets taalverzorging niet goed te beoordelen en zou je strikt gezien alle gespiegelde letters fout moeten rekenen. Als je zeker weet dat de leerling de goede letter bedoelt dan kun je de letter goed rekenen, zeker als je dat in de klas ook zo doet.
Bij de digitale versie van de toets worden gespiegelde letters altijd fout gerekend.
Was dit artikel nuttig?
Artikelen in deze sectie
- Mogen leerlingen hulpmiddelen gebruiken tijdens het maken van de toets?
- In periode 2 neem ik hetzelfde niveau referentietoets af als in periode 1. Een leerling heeft in periode 1 al heel hoog gescoord. Welke toets neem ik nu af?
- In de ene toets zitten dezelfde vragen als in de andere toets, daarom herkennen de leerlingen sommige vragen. Hoe komt dit?
- Hoe kan ik een resultaat van een leerling verwijderen?
- Waarom heten de toetsen in de middenbouw a en b, en in de bovenbouw versie 1 en versie 2?
- Hoeveel tijd krijgen de leerlingen voor een toets?
- Hoe beoordeel je taalverzorging op papier als een leerling een letter in spiegelbeeld schrijft?
- Kan ik vaker een toets afnemen binnen één periode?
- De leerling heeft de toets per ongeluk te vroeg afgesloten, wat nu?
- Kan ik zowel leestechniek als leesexpressie meten met één tekst, of moet ik beide teksten afnemen?