Wat als de IEP Doorstroomtoets door onvoorziene omstandigheden niet afgenomen kan worden zoals gepland? Wat als de IEP Doorstroomtoets door onvoorziene omstandigheden niet afgenomen kan worden zoals gepland?

Wat als de IEP Doorstroomtoets door onvoorziene omstandigheden niet afgenomen kan worden zoals gepland?

Dat is natuurlijk heel vervelend. De afnameperiode van de digitale IEP Doorstroomtoets is vastgesteld tussen 27 januari en 14 februari 2025. De afnamedagen van de papieren toets staat van op dinsdag 4 en woensdag 5 februari. Het is uitsluitend mogelijk af te wijken van de afnamedatum indien er sprake is van een onvoorziene omstandigheid.

Wat zijn onvoorziene omstandigheden om de IEP Doorstroomtoets later af te nemen?
Scholen kunnen te maken krijgen met onvoorziene omstandigheden. Het betreft bijvoorbeeld:

  • Een leerling die de toets met geldige reden niet of slechts deels heeft kunnen maken;
  • Overlijden van een leerling, leerkracht of ouder vlak voor of tijdens de toetsafnameperiode;
  • Brand of andere calamiteit op school waardoor geen ruimte voor de toetsafname beschikbaar is;

In het geval van een onvoorziene omstandigheid overlegt het bevoegd gezag met Bureau ICE om te bezien wat voor oplossing kan worden gevonden. Het bevoegd gezag vindt, in samenwerking met Bureau ICE een alternatief om te zorgen dat dezelfde toets alsnog kan worden afgenomen. De maatregel hoeft niet te worden gemeld aan de inspectie, omdat een onvoorziene omstandigheid niet direct gerelateerd is aan het overtreden van de regels die zorgen voor een correcte afname van de toets.

De directeur is verantwoordelijk voor een betrouwbare afname van de doorstroomtoets op de school. De directeur houdt hierbij de afnameaanwijzingen aan zoals deze in het Toetsreglement van de betreffende toets staan beschreven. In het Toetsbesluit PO staan de verantwoordelijkheid voor de afnamevoorschriften van een directeur beschreven in artikel 5 en staan de te volgen acties bij een onregelmatigheid of onvoorziene omstandigheden beschreven in artikel 6.